Dame zal ik oversteken? Ja of Nee?
Tekst: Nathalie Lapré

Het is een mooie maandagochtend om een wandelingetje te maken. Ik zoek een pad met zoveel mogelijk groen en uiteraard via mijn favoriete stukje: het Manenburgpad achter het Zwijnsmeertje. Het geknerp en geknisper van de houtsnippers klinkt heerlijk rustgevend. De laatste maanden is het wel handjes binnenboord, want de brandnetels hangen over het pad heen alsof ze het als hun territorium willen claimen.
Wanneer ik het vlonderpad kies, is het altijd maar de vraag wie of wat ik daar verstoor. Het kan zijn dat er plots een reiger wegvliegt, maar deze keer is het een dappere dames-eend die als een rots in de branding op de houten vlonder blijft staan. Soms loop ik terug, maar nu waag ik het erop. Om te voorkomen dat ze zich genoodzaakt voelt een hysterische duik te nemen, probeer ik heel langzaam achter haar langs te lopen. Zonder oogcontact. Ze geeft geen kwaak. Ik ben voorbij en voel me zeer tevreden over dit staaltje Let it be en naast elkaar bestaan. Ik maai me een weg door de overhangende rietplanten en lisdoddes die de laatste weken als een krankzinnige zijn gaan groeien en kom weer bij het vaste land. Ik vervolg mijn weg over de betonnen oversteekjes. Het is slechts van postzegelgrootte, maar toch geeft dit gebied me altijd een beetje een avontuurlijk gevoel.

Zeker na de storm van de eeuw, Poly, waarvan de verwoestende gevolgen nog steeds te zien zijn in omgevallen schuttingen, stervende bomen in het water en takken die als het spel in het vroegere Ron’s Honeymoon quiz gevaarlijk aan hun laatste vezels hangen.
Wanneer ik sta te twijfelen welk pad ik vervolgens neem, zie ik een man in blauwe overall met een emmer onbekende inhoud van zijn fiets stappen en richting de wei van de schapen lopen. Hij moet flink met de emmer rammelen voordat de slaperige schaapjes doorhebben dat hij er voor hen is. Geamuseerd kijk ik toe hoe dit stukje ambacht zich voor mijn neus ontvouwt. Het geblaat van de ‘haantjes de voorsten’ zorgt ervoor dat het meest dromerige schaap nu ook klaarwakker is en met z’n allen haasten ze zich hongerig en nieuwsgierig naar de ratelende emmer - of het is uit pure liefde voor de man in het blauw, dat kan ook -. Hij gooit het hek open en daar komen ze aan. Een hele kudde. Ik realiseer me ineens dat ik wel eens in de weg kan staan en doe een paar stappen opzij. Precies de verkeerde kant op, want de man in het blauw roept het een en ander naar me. Dus dan maar een paar stappen de andere kant op en me vooral niet bewegen. Ik probeer nu stilletjes een natuurlijk onderdeel te zijn van de omgeving zodat ik geen afleiding vorm voor de kudde. De man in het blauw steekt het fietspad over en na het eerste schaap, volgen er meer.

Een donker schaap is de laatste van de groep en voordat hij oversteekt, keert hij zich om naar mij en blaat wat vertwijfeld. Op de tune van Schipper mag ik overvaren vertaal ik het als ‘Dame zal ik oversteken? Ja of Nee?’ Ik moedig hem zachtjes aan ‘Ga maar. Ga maar naar ze toe. Dadelijk kom je te laat…’ Geen idee waarvoor, maar het is vast beter als hij onderdeel blijft van de groep. Hij kijkt nog even heen en weer, nog steeds vol twijfel, maar uiteindelijk maakt hij de weloverwogen beslissing om zich alsnog bij zijn wollige matties te voegen.
Het was een bijzonder tafereel en ik loop met een grote glimlach verder. Dit was pas het eerste kwartier van mijn wandeling. Wie weet wat ik nog meer tegen ga komen…
Tekst: Nathalie Lapré