4/21
  • Pages
  • Editions
01 Cover
02 index
03 Colofon
04 Column
05 Activiteiten De Wachter
06 Activiteiten De Oever
07 Kort Nieuws
08 Voor Mekaar
09 Kunstijsbaan
10 Begeleiding bij scheiding
11 Doe- en praat groep
12 Hij valt!
13 Regionaal archief
14 Top Toneel
15 Odensehuis
16 Vrij Zijn Theater
17 Kolping Boys
18 Magentazorg
19 Online oplichting
20 Respijthulpen gezocht
21 Agenda

Nico W.

In ons dorp sloop de geur van wierook door straten en stegen ter begeestering van de inwoners. Het gaf richting, bracht veiligheid en het rook heerlijk. We stonden bekend als een bolwerk van katholicisme in een vijandige protestants-christelijke omgeving. De basiliek torent nog steeds vorstelijk hoog boven de omliggende woningen uit. Het enorme godshuis is de bron waaraan veel verenigingen hun bestaan danken. Zo ook de muziekvereniging waar, voor de naam van mijn vader, het plechtige Sint geplakt is. De leden kwamen destijds uit vrome gezinnen zoals het onze. Nico W. speelde trombone. Als nazaat uit een weversfamilie genoot hij aanzien. Hij had het postuur van een reus waardoor zijn toch forse instrument op speelgoed leek. De gigant was een uitstekend musicus met een vrolijke inborst. Tijdens de jaarlijkse bedevaart naar Kevelaer, door de vereniging muzikaal ondersteund, gedroeg hij zich als een soort suikeroom. Tijdens de processies liep ik het liefst naast hem want hij zorgde voor de vrolijke noot. Ik keek naar hem op en mocht hem tegelijk. De repetitie-avond was heilig dus afwezigheid moest vooraf verklaard worden. De keer dat de stoel van Nico W. zonder afbericht leeg bleef was dus vreemd. Om mij heen nam ik angstig gefluister waar. Wat bleef hangen was de herhaalde zinsnede dat het eraan zat te komen. Wat daarmee bedoeld werd bleek later. Nico W. had de hand aan zichzelf geslagen… Destijds konden we zijn daad niet anders zien dan als een zonde. Ik vond het ook zonde maar op een andere manier. Helemaal gesnapt heb ik het nooit, maar kortgeleden vielen de schellen van mijn ogen. Een onlangs gepresenteerd rapport schiep helderheid. Nico W. blijkt slachtoffer van een regering die uit alle macht “ons Indië” wilde behouden. Daarvoor waren ze bereid een oorlog te voeren onder het mom van een politionele actie. De zondige Nico W. was getuige en misschien zelfs veroorzaker geweest van onvoorstelbaar en ondragelijk leed. In zijn achterhoofd speelden beelden die wij zelfs nu nog nauwelijks kunnen bevatten. Criticasters en deserteurs werden tot voor kort gezien als verraders en matennaaiers. Dat dit hen onrecht deed heb ik altijd geweten, maar nu pas doorleefd. Nico W., destijds moreel verdoemd, was misbruikt. De vriendelijke reus had zich gedragen zoals een militair betaamd maar kreeg de rekening gepresenteerd. Hij kon die slechts betalen met zijn leven en dat doet mij nu meer verdriet dan toen.

Leen