Partycentrum Meereboer
WIE ZAAIT ZAL OOGSTEN
De tuinder die een kroeg kocht
Tekst en foto's: Marcel van Deursen
Nog maar een paar maanden geleden overleed Piet Meereboer op 76 jarige leeftijd. Ruim een jaar eerder overleed Marian, zijn vrouw. Samen maakten zij de naam Meereboer tot een begrip.
Hun succes werd mogelijk dankzij de ondernemende geest van Arie en Corrie; hun ouders die een veelbelovend etablissement nalieten aan hun kinderen. Met de voltallige familie bouwden Piet en Marian aan de succesvolle horecagelegenheid die zelfs landelijk bekendheid verwierf. En dat in het nietige Oudorp.

De tuinder
Het “rijk der duizend eilanden” besloeg in vroeger eeuwen de hele Geestmerambacht; een rechtsgebied waar ook het latere Sint Pancras toe behoorde. De vruchtbare eilandjes dienden voor de tuinbouw en dankzij de in 1865 aangelegde spoorlijn werden producten geëxporteerd naar diverse landen. Het succes leidde tot de oprichting van de groenteveiling in Broek op Langedijk. Via het water gingen de tuinders dagelijks naar hun landjes en de Broeker veiling.
Arie Meereboer verbouwde rode kool, witlof en aardappels op zijn akker. Dagelijks met de kloet een bootje voortduwen, op zijn land de pet te gooien, naar het hoofddeksel spitten om zichzelf vervolgens te belonen met een shaggie. Corrie zorgde voor het huishouden en hun vijf kinderen. Een hard leven met een onzekere toekomst.
Alsof hij voorvoelde dat verkaveling aanstaande was, zocht de tuinder naar een zelfstandige toekomst. De vestiging of overname van een kruidenierszaak was de gedroomde mogelijkheid. Tot verbazing van Corrie liep het anders…
Het wapen van Oudorp
Op een achternamiddag in 1952 stapte Arie zijn woning binnen met de mededeling dat hij de kroeg in Oudorp gekocht had. Tot dan toe bestierde de familie Morsch het café dat in de volksmond bekend stond als “de kroeg van Guurtje”. Een bord aan de muur droeg de tekst “Het wapen van Oudorp”, de officiële naam van het etablissement. Onder hetzelfde dak bevond zich een complete woning en het duurde niet lang of de familie Meereboer vestigde zich aan de Herenweg. Vanwege het gebrek aan horeca-ervaring en de vraag of de vermetele stap succesvol kon zijn, hield Arie zijn landje aan.
De start
Aan de hartelijke ontvangst herken je de achtergrond van de familie. Nog voor ik plaats neem op de bank in de voorkamer serveert een van de aanwezige familieleden een kop thee en vanuit de keuken hoor ik de kennelijk voor mij bedoelde vraag: “slagroom of aardbeien”? Ik had net geluncht maar wilde niet afslaan dus koos ik voor het aardbeienslofje.
Van de kinderen Meereboer zijn er vier aanwezig. Naast Lia, de oudste dochter, maak ik kennis met Gerda, Ans en Gerard, de jongste van de zes en als enige geboren op de Herenweg. Alleen Aad is er niet en natuurlijk wordt Piet gemist.
“Het was oud en koud”, herinnert dochter Lia zich. De woonkamer bevond zich naast de kroeg en onder het dak bevonden zich een paar slaapkamers. Veel hadden die niet om handen want het kierende dakbeschot bood nauwelijks bescherming tegen sneeuw en wind.
De herinneringen aan de indeling lopen hier en daar uiteen maar ik begrijp dat op de plek van de huidige slijterij zich de woonkamer en keuken bevonden. In de keuken serveerde Corrie eenvoudige doch voedzame maaltijden voor de kroeggangers. Een concept dat vooruitliep op het Grand Café, hoewel het bij Meereboer een gratis service betrof, bedoeld om klanten langer aan de toog te houden.
De overstap van tuin naar horeca bleek een gouden greep. Arie deed afstand van de tuin en zijn dagelijkse trip op een slecht startende brommer behoorde tot het verleden. “In die tijd hadden we vanuit de kroeg zicht op de Halvemaansbrug, de afstand die vader nodig had om die rotfiets aan te duwen”, vertelt Ans geamuseerd.
Al snel werd een café van naam en faam opgebouwd. De zaal werd volop gebruikt voor bruiloften, partijen en toneelvereniging TOP. Het café diende als kantine voor Kolpingboys, huisvestte de biljartvereniging en ontving in de weekenden Haagse vissers die niet alleen op het viswater afkwamen.
Lekbier
Achter het woonhuis en de kroeg bevond zich een zaal voor bruiloften en partijen. Daar weer naast stond een zwarte schuur die diende als stalling voor koetsen en paarden van kerkgangers uit Heerhugowaard. Voor de geestelijke nood waren bewoners van de Waard aangewezen op de Laurentiuskerk die, om de kerkgang voor voetgangers via de Omval te bekorten, verantwoordelijk gehouden worden voor de aanleg van de Kerkbrug over het kanaal Omval-Kolhorn. De brug verbindt de oude Omringdijk met de nieuwe rond de Schermer en is zo smal dat de kerkgangers achter elkaar lopend moesten oversteken; vandaar de veelvuldig gebruikte bijnaam “Kippenbrug”.
Arie en Corrie hielden varkens in de zwarte schuur. De beesten deden zich tegoed aan restanten uit het café. Ze moeten in een permanente roes verkeerd hebben want zelfs de overloop van de tap, het lekbier, belandde in hun trog.
Nadat moeder een hersenbloeding kreeg eindigde het avontuur van Arie en Corrie. De vraag hoe het verder moest werd op natuurlijke wijze ingevuld. Piet was de oudste zoon en had interesse. Omdat hij kon rekenen op de steun van zijn verloofde Marian en de rest van de familie durfde hij de overname aan.
Piet en Marian
Vanaf de doorstart in 1966 bouwden zij voort op het werk van beide ouders. Naast Marian en Piet werkte ook Gerda in de zaak. Zij hielp mee in de bediening, Piet stond in het café en Marian en Ans bestierden de keuken. De gratis maaltijdservice, geïntroduceerd door Arie en Corrie, werd nog lange tijd voortgezet. De bedrijvigheid werd uitgebreid met de start van een heuse slijterij. De naastgelegen stal was gesloopt en de vrijgekomen ruimte diende als parkeerplaats voor gasten. De open ruimte kon echter beter benut worden, dus werd er bebouwd. Toen Piet hoorde dat een Chinese familie een eethuis wilde beginnen was een overeenkomst snel gesloten en in 1978 opende een heus Chinees-Indisch restaurant met de bijpassende naam PO-ON zijn deuren.
Waar en wanneer nodig sprongen broers, zussen, neven en nichten bij en ook de twee dochters van Piet en Marian hielpen van kleins af, op bescheiden wijze, mee. Na sluitingstijd werden zij van hun bed gelicht voor de belangwekkende taak om de toog te voorzien van nieuwe bierviltjes. Zij genoten ervan en na korte tijd was hun inwendige klok erop afgestemd; wekken was overbodig.


Striptease
Dankzij goede contacten met de bekende impresario Ben Essing regelden Piet en Marian concerten met aansprekende artiesten. Arie en Corrie hadden Anneke Grönloh al op de planken gehad maar de opsomming van Gerard en zijn zussen spreekt nog meer tot de verbeelding; het gaf de zaak nationale uitstraling. Een willekeurige greep levert namen op als The Outsiders, Golden Earring, The Shoes, Corry en de Rekels en Armando. Het optreden van Earth en fire was spraakmakend aangezien de pauze werd gevuld met een gefilmde striptease-act…
In die tijd reed Jan Buis op zijn brommer langs mogelijke podia voor de Cats; een beginnende popgroep uit Volendam, waarvan hij de manager was. Uiteraard landde hij ook op de Herenweg met meerdere optredens tot gevolg.
Vandaag de dag
Het altijd moeten werken in vrije tijd van hun gasten eist zijn tol. Waar Arie en Corrie hadden gezaaid, Piet en Marian samen met de familie uitgebreid hadden, werd het tijd om te oogsten. De bar wordt verpacht aan Bob en Marleen van de Marcel, de slijterij aan Gerard en later Ab Tamis, het partycentrum aan Sonja Maduro en PO-ON verzorgt nog steeds de oriëntaalse keuken. Dat de naam Meereboer nog steeds op de gevel prijkt, waardeert de familie zeer. De pacht is in handen van Anja en Linda, de dochters van Piet en Marian. Zij zijn niet meer onder ons maar vanaf hun rustplek op het achtergelegen kerkhof blijven ze verbonden met hun nalatenschap.